Nieuwsberichten met als sleutelwoord: laten

Thuisfalende experts

Al jaren spaar ik ze. Mensen die in hun vak de kampioensstatus hebben maar er op hetzelfde terrein in hun persoonlijke leven niks van bakken. De verlichtingsfilosoof Rousseau is de eerste in mijn verzameling. Hij schreef het eerste standaardwerk over de kinderopvoeding maar zijn eigen (vijf!) kinderen bracht hij meteen na de geboorte naar een vondelingengesticht omdat hij zich er geen raad mee wist.

Ooit was ik leraar Nederlands op een middelbare school. Het eerste uur begon om tien over acht. Twee keer per week 1b, een drukke brugklas met veel wizzkids. Eerste en laatste antwoord van die bijdehandjes: ja maar… Altijd pret met dat uitgeslapen volkje. Op één na: een joch dat steevast om kwart over acht in zijn bankje in slaap sukkelde. Eerst dacht ik dat hij de boel voor de gek hield, maar het kereltje was niet bij de les te krijgen. De oorzaak kwam boven tafel tijdens een gesprek met zijn ouders: papa roerde elke ochtend stiekem een valiumpje 10 door zijn milkshake. Alleen zo kon hij hem in het gareel houden. Dat zoonlief er als een zombie bijliep, beschouwde hij als collateral damage in de oorlog die opvoeding heet. Het beroep van de vader? Kinder­rechter.

Lees verder

Verantwoordelijkheid nemen voor alles

Ik lees een boek met teksten van Gandhi. Dat is bijzonder inspirerend. Ghandi hield niet van halve pogingen of een beetje proberen onder kantoortijden. Tijdens het lezen dacht ik aan een bijzonder gesprek dat ik onlangs had. Daarin nodigde ik iemand uit om verantwoordelijkheid te nemen voor alles dat binnen zijn vermogen lag. Ik stelde hem voor dat hij verantwoordelijkheid zou nemen voor alles wat hij denkt, doet en voelt. “Tjeemig!” zei hij “Dan wordt het leven zwaar!?”

Zwaar? Hoe kwam hij daar nu bij? Maar hij meende het écht.

Lees verder

Hij weet waar spons woont

Spons loopt naar de brievenbus. De postbode weet hem altijd goed te vinden, ook al woont hij helemaal niet op een zichtlocatie. Twintig brieven vandaag. Spons gaat er eens lekker voor zitten en opent de eerste brief.
Beste spons,

Ik schrijf je deze brief. Ik heb vaak geprobeerd om deze brief te sturen aan diegene voor wie hij eigenlijk bedoeld is. Maar ik kreeg al mijn brieven ongeopend retour. Ik heb vele adressen geprobeerd, verschillende postzegels en een leger aan postbodes. Ik ben zelfs op schrijfles geweest omdat ik dacht dat het wellicht aan mijn handschrift lag. Maar het mocht allemaal niet baten. Inmiddels is mijn frustratie daarover zo hoog opgelopen dat ik heb besloten de brief aan jou te schrijven. Bij jou komen alle brieven altijd binnen, is me ter ore gekomen. Bijzonder hoor.

Nou goed, de brief is dus niet voor jou bestemd, maar je moet je frustratie van je afschrijven want anders ontploft een mens. Toch? Nou, daar komt ie dan, he. En niet schrikken, want in het echt val ik best mee.

Ik vind jou een stom mens. Zo dat moest ik even kwijt. Lucht enorm op ook! Dank je wel.

Domino.
Spons zou spons niet zijn als hij geen aardig briefje terug zou schrijven. En zo geschiedde:

Beste domino,

Dank je wel voor je brief. Het klopt, ik ben een ontzettend stom mens. Soms vergeet ik het wel eens, maar het is zo vaak tegen me gezegd dat er toch een kern van waarheid in moet zitten. Fijn dat er altijd mensen zijn die je eraan herinneren.

Wat ik me nog afvraag:

Lucht het echt (maar dan ook echt) op, om een boodschap aan het verkeerde adres af te leveren?

Groeten van Spons.
Die dag beantwoordt Spons nog 19 andere brieven. Hij pakt 20 maagdelijk witte enveloppen uit zijn secretaire en likt de gom van de postzegels nat. Dan gaat hij zijn dagelijkse gangetje naar het postkantoor.
Nog geen twee dagen later krijgt hij weer een brief van Domino en 24 lotgenoten. Hij opent de brief van Domino als eerste en leest.
Beste Spons,

Wat een heerlijk gevoel dat ik mijn brief nu eens niet ongeopend retour heb gekregen. Dit bevalt me echt prima. In andere woorden: dit lucht me dus echt (maar dan ook echt) op. Wel moet ik zeggen dat ik inmiddels weer aardig wat dominostenen over me heen heb gekregen, dus ik moet weer even wat kwijt. Zit je er klaar voor? OK, dan.

Eigenlijk, Spons, vind ik jou een loser. Een loser van het ergste soort. Ik walg van je!

Zo, nu kan ik weer rustig ademhalen. Tot de volgende brief dan, he. Niet heel veel langer. Dus .. tot snel,

Domino.
Spons bedenkt dat Domino best een punt heeft. Is het eigenlijk niet een beetje zielig als je andermans woede met liefde incasseert? Dan ben je best wel een beetje een loser, vindt Spons. Spons wacht geen seconde langer en schrijft meteen een brief terug.
Beste Domino,

Een loser? Ja, dat ben ik. Je hebt gelijk (maar dan ook echt gelijk). Het is best wel dom om te reageren op brieven die niet eens voor mij bedoeld zijn. Hoe meer ik erover nadenk, hoe dommer en dommer ik het vind. Wat een loser, zeg!

Het zal niet meevallen, maar ik beantwoord geen brieven meer die niet voor mij bestemd zijn.

Bedankt dat je me de moed hebt gegeven om te stoppen!

Groeten van Spons.

Een bijdrage van Marina NoordegraafFoto: Flickr

Over dapper

Toen ik eind november mijn baan opzegde zonder een nieuwe te hebben, en zonder een helder en gekaderd plan voor ogen te zien, vonden veel mensen me ‘dapper‘. Ikzelf vond het noodzakelijk. Ik was geen seconde bezig met de gevolgen die er aan vast geplakt zaten (drie weken later werd ik behoorlijk ziek, en had daarmee meteen het antwoord). Natuurlijk zat ik niet te springen om deze wending, maar het kon niet anders, en dus volgde ik de stroom.

Lees verder

Nu Nee zeggen, levert Later Ja op

‘Maar je gaat dus niks meer voor ze doen?’ vroeg een vriendin me laatst. ‘Nee’ zei ik dapper. Helemaal overtuigd was ik daarvan nog niet. Maar soms helpt het om dat stuk maar gewoon te negeren. Om door te gaan met dat waarvan je zeker weet dat het goed is, maar waar de rest van je lijf nog niet van onder de indruk is. Door angst voor het onbekende en wonderlijke maatschappelijke condities die je ooit aangeleerd hebt.

‘Echt niets meer?’ vroeg ze nog een keer. Het is natuurlijk niet voor niets een vriendin. Die laten zich namelijk niet zo makkelijk afschepen met een simpel ‘Nee’. ‘Nee’, zei ik nogmaals. ‘Maar als ik alleen nog maar brood met pindakaas kan eten, dan denk ik er heus nog wel 3x over na..’ ‘Oh…. zie je wel’, was haar laatste lachende reactie.

Lees verder

Stilstaand water

Op het station staat een stille trein met dichte deuren. In de trein zitten mensen. Wij staan op het perron en kunnen er niet in. Zij kunnen er niet uit. We willen allemaal naar Haarlem. Een treinreis van amper tien minuten. Wat nu dus niet gaat. Want de trein rijdt niet verder als de deuren het niet doen. Logisch lijkt mij. Ik kijk om me heen en wacht.

Wachten is een uitermate interessant fenomeen vind ik. Stilstaand water waarvan de onderwaterwereld even aan het oppervlak verschijnt. Een schijnbare stilstand, want binnen leeft een wereld vol beweging. Wachtend op een treinstation verdwijnt de illusie en komt het troebele water tot rust. Helder wordt het water. En alles wat rennend en vliegend verstopt blijft, wordt opeens zo helder als glas op een station vol wachtende mensen.

Lees verder

Wraak

We dromen er stiekem allemaal wel eens van. Wraak nemen. Om iets recht te zetten (ook al weten we dat het nog krommer zal worden). Om eens en voor altijd af te rekenen (ook al zul je eeuwig in de schuld blijven staan). Om dit niet te laten gebeuren (ook al heeft het al plaats gevonden). Om het niet te accepteren… en dus iets te doen dat de ander ook niet zal accepteren.

Lees verder

Twee vliegen en een klap

Starend in het water van mijn rechthoekige, roze, met witte randen opblaaszwembad, zie ik een vlieg. Hij ligt op zijn rug. Zijn pootjes spartelen in de lucht. Grappig. Vliegensvlug gaat mijn hand naar de vlieg, pakt hem op en zet de vlieg met alle zes zijn pootjes neer op de witte rand van mijn opblaasbad. De vlieg beweegt niet. Zou hij zo omvallen? Lange seconden tikken voorbij. Opgelucht haal ik adem; een teken van leven. De vlieg gaat mijn zijn achterste pootjes zijn rechter vleugeltje afstrijken. Ik zie nog een vlieg drijven in het water. Nu zitten er twee vliegen op de witte rand van mijn zwembad hun vleugeltjes af te strijken. Elk aan een kant van het bad. Ik tuur over het water en spot een lieveheersbeestje in nood. Mijn arm reikt, maar is niet lang genoeg. Ik kan er niets aan doen, het is de natuur. Ik keer terug naar mijn vlieg.

Lees verder

Nee zeggen

Wat is het toch soms moeilijk om nee te zeggen. Ik worstel er zelf nog wel eens mee en mijn cliënten dikwijls. Hoe komt dat? Waarom is dat drieletter woord soms zo beladen? Waarom kan het voelen alsof het heiligschennis is om nee tegen iets te zeggen? En waarom belanden we op feestjes waar we niet heen wilden?

Lees verder

Vergeven of niet

Een tijd geleden alweer sprak ik een cliënt in wiens familie er misbruik was voorgekomen. Het had twee generaties terug gespeeld, al heel wat jaren geleden dus, maar de sporen waren nog niet weg.

Mijn cliënt worstelde met het thema ‘macht’. Hij plaatste zichzelf vaak bijna verlegen op de achtergrond. Bang om iets te doen dat schade aan zou kunnen richten. Het feit dat hij ondernemer was geworden had het probleem op de voorgrond gezet.

Lees verder

Je bezit, bezit jou

Maak je geen zorgen als je de titel niet helemaal hebt begrepen. Het is Brad Pitt in de film ‘The Fight Club’ die mij jaren geleden al op het idee voor dit artikel bracht. In deze film zegt hij in de rol van Tyler Durden: “The things you own end up owning you”.

Lees verder