Nieuwsberichten met als sleutelwoord: grenzen

Het potje en het podium

Ik zit in een zaal met tweehonderd collega therapeuten. Op zo’n rode congresstoel; stapelbaar geen armleuningen. Vooraan op het podium staat Wibe Veenbaas. Een fijne leermeester. We krijgen allemaal de opdracht een gedicht te schrijven met als titel “Het is de aard van het bestaan, de dingen die niet overgaan.”

Ik begin te schrijven en zonder het op te merken, ben ik weer kind in onze oude keuken met de versleten houten vloer. Het is die dag dat mijn moeder het potje liet vallen. We zijn arm, maar mijn moeder staat erop toch biologisch te eten. Ze komt thuis met een volle tas en het potje valt over de rand.

Het is die dag dat mijn moeder het potje liet vallen

Het is dat ene potje, dat niet mág breken. Dat wat ik het liefste eet. Elke dag. Het broodbeleg van gemalen hazelnoten en rozijnen. Je moet weten dat zo’n potje tegenwoordig € 8,50 kost.
Ik buk en zeg dat ik alle scherven er wel uit zal halen. “Nee.” zegt ze. “Alles gaat in de vuilnisbak.” “Maar…” probeer ik nog. “NEE!”

Ik snap het niet. Maar weet dondersgoed wat dat betekent. Dat betekent dat ik het een hele maand niet kan eten. Och was papa maar hier. Die kocht gewoon een nieuwe. Papa heeft geld genoeg. Maar papa’s naam mag hier in huis niet genoemd worden. Hij is hier nog nooit binnen geweest.

Ruim voor tijd ben ik klaar met mijn gedicht. Ik kijk om me heen en zie veel mensen schrijven. Grappig zonet was ik me niet bewust dat we met zoveel zijn, nu weer even wel. Wibe geeft aan dat de tijd om is en vraagt wie er iets wil delen. Zo snel als mijn gedicht kwam, gaat ook mijn vinger omhoog.

Hij nodigt me uit en ik loop naar het podium. Bij de drie tredes omhoog veranderd er iets in mijn benen. Mijn lijf weet wat ik ga doen. Wanneer ik vooraan op het podium sta beginnen mijn knieën te knikken en wanneer ik wil spreken; komt er niets uit. Ik kan geen woord zeggen. Tweehonderd paar ogen kijken naar me. Zien een man waar geen woorden uit komen.

Wibe loopt naar me toe, gaat achter me staan en mijn lijf leunt zachtjes tegen hem aan. Mijn knieën stoppen met knikken, mijn keel stopt met knijpen. Wanneer ik denk dat hij weg zal stappen blijft hij nog even staan.

Ik kan voelen dat het goed doet, maar dat ik zo niet kan vertellen. Er is iets dat nog niet klopt. Hij stapt naar achteren. Alsof hij zonder woorden zegt: je moet het wel zelf doen, maar hoeft het niet alleen te doen.

Dan begin ik. Ik spreek over volle potjes en gevoelens van leegte. Het vervult me.

Foto: Gareth Hubbard, Unsplash

Intimiteit

Leer je elkaar echt kennen als je veel bij elkaar bent? Wat is intimiteit? Hoe ver sta je toe dat iemand dichtbij komt? Dien je daar iets voor af te spreken? Waar liggen die grenzen? Is intimiteit minder intiem met een vreemde? Of juist intiemer?

In 1957 deden William Masters en Virginia Johnson een bijzonder experiment. Ze vroegen vreemden om elkaar uit te kleden. Meer dan 50 jaar later vroeg Tatia Pilieva aan vreemden hetzelfde te doen. Elkaar uitkleden en in bed stappen. Niets anders. Geen regels. Het resultaat is prachtig! Lees verder

Man-zijn #2: blijven staan

Iedereen maakt fouten. Niet omdat we dat willen, maar omdat we mens zijn. We kunnen nu eenmaal niet alles overzien of plannen. Dat is ook helemaal niet erg. Maar als kapiteins te vroeg van boord gaan, verdrinken er mensen. Dat gebeurde letterlijk bij de gekapseisde Costa Concordia. De kapitein was aangenomen om voor zijn schip en passagiers te zorgen. Maar na een fout, notabene door hem zelf gemaakt, ging hij van boord.

Lees verder

Jezelf op je nek zitten

We doen het allemaal wel eens; onszelf straffen. Jezelf straffen omdat je iets niet goed deed, niet goed zag of zei. Jezelf straffen is niet handig, niet constructief, en toch doen heel veel mensen het. En we doen het ook nog eens bijna altijd onbewust. Iedereen heeft er zijn eigen voorkeursvorm voor. Een eigen vorm die we makkelijk vergoelijken waardoor het lijkt alsof je jezelf helemaal niet straft.

Ik deed het gisteren nog. Ik stond in de supermarkt met mijn mandje vol. Ik zag lekkere frambozenjam staan. Hij was nog in de aanbieding ook. En wat deed ik? Ik liet hem staan… “Jij hebt genoeg uitgegeven!” ging er door mijn hoofd. Vijf minuten later stond ik buiten. Zonder jam. Met spijt. In de auto terug naar huis had ik in de gaten wat er aan de hand was. Ik had mijzelf gestraft door mijzelf iets te ontzeggen. Maar waarom? Ik, die zo veel schrijft over verlangen? Ik kon mijzelf niet eens met een potje jam verwennen?

Lees verder

Het Ferrari gevoel

Ze was altijd druk en had altijd haast. Bij alles wat ze deed leek het of ze met een Ferrari door de stad scheurde en daarmee haar taken vervulde. Vol gas optrekken, met piepende banden door de bocht, uitwijken voor al die andere overbodige verkeersdeelnemers, en dankzij de ABS weer op tijd stilstaan voor het volgende verkeerslicht. Achttien uur racen per dag. Thuis en op het werk. Dag in dag uit. Week in week uit. Eigenlijk al haar hele leven lang. Slechts zes uurtjes slapen en ook daarin heftige dromen met bloedstollende achtervolgingsscenes. Angst om te falen. Angst voor afwijzing. Angst voor werkelijk contact. Altijd op pad. Altijd op de vlucht. Op zoek naar goedkeuring en acceptatie. De wereld lag ermee bezaaid, maar zij ging er zo hard aan voorbij dat ze het helemaal niet opmerkte.

En zo kwam ze ook bij mij. Ze deed haar verhaal ronkend en snel: dat alle anderen zo passief waren en dat zij alles zelf moest doen. Ze kon haar ergernis niet meer onderdrukken en dat droeg niet bij aan een oplossing, integendeel. De wanhoop in haar leven kon ze wel onderdrukken, maar ook dat hielp niet. Zij was Sterk. Snel, bijna Perfect, en ze deed het voor de Anderen. Ze offerde zich op. En ze beleefde er maar weinig vreugde aan. Maar het moest. Van wie? Geen idee. Het moest! Gewoon! Omdat het moest!

Of ik het onderhoud maar even wilde doen

Deze Ferrari was op. Er was heel veel achterstallig onderhoud. De dashboardlampjes knipperden rood en oranje, dus er moest iets gebeuren. Of ik het onderhoud maar even wilde doen. Niet voor haar, maar voor die anderen. Snel en perfect. Dan kon ze weer verder. Tijdens de intake bleef ze in de auto zitten met het gas erop, alsof ze bang was dat de motor zou afkoelen en dan minder zou presteren. Het was voor haar onmogelijk om even uit te stappen en de sleuteltjes aan mij te geven. Ze deed haar
verhaal op volle toeren. De uitlaat was niet meer helemaal fris, dus je kunt je voorstellen hoe dat klonk. Het was voor mij onmogelijk om zo contact met haar te maken. Ik stelde wel vragen en tikte tegen het raampje, maar ze verstond me niet; overstemd door de lekkende uitlaat en zwaar ratelende mechanica.

De lucht om ons heen begon door de uitlaatgassen al aardig te meuren. ‘Is dit wat er bij je thuis ook gebeurt?’ schreeuwde ik. De motor maakte even iets minder toeren. ‘Is dit wat jij wilt dat er gebeurt?’ Ze liet het gas abrupt los; de motor draaide nu stationair. ‘Is dit wat je huisgenoten willen dat er gebeurt? Vinden zij je nog wel aardig?’

Klik. Stilte.

Als jij de motor niet stilzet, dan kan ik er niet aan werken. Aan een oververhitte motor brand ik mijn vingers. Daar bedank ik voor.’ Ze begreep het. Met een heel klein beetje opluchting en een heleboel tegenzin. ‘Wat zou je eigenlijk willen?’ Ze keek weg en aarzelde. Rust? Liefde? Geborgenheid? Ze wist het niet goed. ‘Mooie doelen’ prees ik haar, ‘Ga je die zo bereiken?’
En pas toen, heel langzaam, draaide ze zich naar me toe.

een artikel van Rolf Torenbeek, Foto: Axion23

Op slot

Ze heeft een nieuw fietsrondje ontdekt. Precies 10 kilometer, met wat hoogteverschil. Over de nieuwe brug heen, over de Waalbrug terug. Ze verlangt naar routines en rituelen, een vast ritme. Regelmaat, orde. Niet hoeven nadenken, twijfelen, afvragen. Ze haat sport maar ze ‘moet’. Misschien kan het op deze manier wel. Naar het schijnt duurt het dertig dagen om nieuwe routines te verankeren in je systeem. Zo lang heeft ze een nieuwe gewoonte nog nooit volgehouden. Maar dit nieuwe fietsrondje is toch een kanshebber om tijdelijk voor vastigheid te zorgen. Als je het namelijk andersom fietst, is het een heel ander rondje. En door het werk aan de omlegging van de Waal wijzigen de wegen ook voortdurend. Afwisseling in routine, de enige manier om haar in beweging te krijgen.

Lees verder

Ze zuigt je helemaal leeg: de klager

Haar lichaam, haar auto, alles gaat kapot. En alles is mis.

Als je haar ziet aankomen, doe je altijd net of je druk bent. Maar juist dán komt ze naast je bureau staan. Ze trekt wat met haar been, beweegt haar hoofd voorzichtig van links naar rechts, en masseert haar schouder. Ze gaat zitten op je tafel en sluit even haar ogen. Ze heeft weer zo’n last, zegt ze. Maar daar gaat het niet om. Waar ze voor kwam: weet je nog, dat ze je ooit had verteld over Het Probleem? Dat ze al voorspeld had dat Het een Ding zou worden? Dat we Allemaal konden zien Aankomen dat het zou Escaleren, en dat ze nota bene nog had Gewaarschuwd, maar dat er Niks mee gedaan is, en dat uiteindelijk de klant de Dupe is, en Wij indirect natuurlijk nog het Meeste, omdat het de Continuïteit raakt van Alles wat we hier doen.

Dit is de klager.

Ze kan geen kant op als ze komt. Ze kan alles wat er fout is aan de organisatie feilloos duiden. Ze heeft altijd gelijk. Ze zegt hardop dingen waarover jij al jaren niet meer durft na te denken. Alles wat je weglacht, haalt zij met de grootste precisie terug en brengt het genadeloos in het onbarmhartige licht van de werkelijkheid.

Ze kan alles wat er fout is aan de organisatie feilloos duiden

Dat kan ze ook met zichzelf. Haar lichaam, haar ouders, haar auto, de wasmachine… Ze probeert het wel, maar alles gaat altijd kapot. Uiteindelijk is iedereen alleen, lacht ze wrang. In haar ogen zie je de afgrond van een gruwelijk bestaan. Ze heeft zoveel pech de laatste tijd. Je ziet ze thuis zitten met z’n drieën – de klager, de kat en Het Probleem.

De klager is het zwarte gat, de Bermudadriehoek van het bedrijf. Iedereen in haar buurt zuigt ze helemaal leeg. Maar jou het meest. Want jij snapt haar. Je staat machteloos, je weet nooit wat je moet zeggen. Je kan haar niet laten vallen, dat voelt ze, ze heeft jouw snaar geraakt. En dus blijft ze het je vertellen.

Alles wat er fout gaat. Met alles. Met het bedrijf, met haar, met de bedrijfstak, met Nederland, met de wereld. En dus ook met jou. Overal over klagen, maar oplossingen heeft ze niet, de klager. Die moet jíj verzinnen. Anders blijft ze terugkomen.

Japke-d. Bouma is auteur van de Gids voor de kantoorjungle
‘De klager’ verscheen ook in de nrc.next carrière bijlage
Illustratie: Gijs Kast

Gezond wraak nemen

Veel mensen vinden dat je wraakgevoelens maar moet wegstoppen. Eronder houden en doorslikken, zogezegd. Maar zou wraak nemen ook iets goeds in zich kunnen hebben? Zit er een goede kant aan dat beladen woord?

Zin om wraak te nemen is, in zijn pure vorm, een streven naar evenwicht binnen een relatie. Wanneer wij iets goeds krijgen van iemand, willen we diegene ook iets goeds geven. Wanneer we gekwetst worden, willen we de ander ook kwetsen. Dat zijn twee kanten van dezelfde medaille.

Wij mensen hebben de primaire behoefte een balans van geven en nemen in evenwicht te houden. Dat is een kenmerk van een gezonde relatie. Relaties waarbij dit niet in evenwicht is, stoppen uiteindelijk.

mensen hebben de primaire behoefte een balans van geven en nemen in evenwicht te houden

Dankbaarheid en wreekbaarheid

Laat ik een voorbeeld geven. Wanneer je een leuk cadeau krijgt op je verjaardag, laat je zien dat je daar blij mee bent. Je laat iemand voelen wat het met je doet en wanneer je (op een later moment) iets terug geeft, is de balans van geven en nemen weer in evenwicht. Wanneer je daarbij iets meer teruggeeft dan je kreeg, groeit jullie relatie.

Deze balans van geven en nemen gaat ook op wanneer iemand ons iets aandoet. Dan willen we dat de ander voelt dat hij ons iets heeft aangedaan. Ook hier willen we iets in evenwicht brengen, we voelen een recht die ander ook iets aan te doen. Dat doe je door (hoe gek ook) met liefde te reageren en de ander iets minder aan te doen dan hij jou aandeed. Zo laat je de ander weten:
Je hebt me iets aangedaan, dat wil ik je laten voelen, maar ik wil graag in relatie met je blijven, daarom doe ik je iets minder aan dan je mij aandeed.

Voorbeeld 1: je hebt met iemand om 10:00 uur afgesproken. Diegene komt om 10:15 uur aanzetten met een slap excuus dat de houdbaarheid heeft van een geplukte klaproos. Je probeert uit te leggen dat je het vervelend vindt, maar het komt niet aan. Je kunt dan bij jullie volgende afspraak zélf 10 minuten te laat komen. Minder dan het kwartier dat jij op je bordje kreeg, maar je laat de ander zo wel voelen wat het met jou deed.

Voorbeeld 2: mijn lief maakte onlangs iets van mij stuk. Dat was helemaal niet haar bedoeling, ze lette even niet op, maar het was daarna wel onrepareerbaar stuk. Ze bood haar excuses aan, maar dat voelde als niet genoeg. Ik stelde toen voor de ze het zou vervangen door iets dat voor mij een gelijke gevoelswaarde vertegenwoordigt (en minder duur was dan dat wat stuk was). Daarmee ging ze akkoord en toen het nieuwe er was, was het voor mij weer helemaal ok.

Het moet wel van twee kanten

Er is één voorwaarde bij het herstellen van evenwicht op deze wijze. Die ander dient jouw wraak wel aan te nemen, zoals een cadeau of dankwoord ook aangenomen moet worden. Hij of zijn dient in de relatie met jou te willen blijven.

Wanneer de ander de wraak aanneemt, is de balans weer in evenwicht. Daarna kom je er niet meer op terug, want daarmee zou je zeggen dat jouw wraak niet goed genoeg was. Het is dus noodzaak het daarna te laten rusten. Zo houd je de relatie fris.

Voorkomen

Stel je heb iets doms gedaan, opzettelijk of per ongeluk, waar een ander flink last van heeft. Kun je dan voorkomen dat een ander wraak neemt? Jazeker. Je kunt tegen diegene zeggen: “Ik heb iets ergs gedaan. Wat kan ik voor je doen om het goed te maken?”. Dan stel je de ander in staat iets te bedenken dat de balans weer in evenwicht brengt.

Uitzonderingen

Wellicht probeerde je het ooit het evenwicht te herstellen en stopte die relatie. Dat kan. Wat er vaak gebeurt is dat iemand geen wraak neemt met als doel de relatie te herstellen, maar omdat hij zich ongelukkig voelt en nu vindt dat de ander ook ongelukkig moet zijn. Dat neigt meer naar fatalisme dan een wens de balans van geven en nemen te herstellen.

Dit kan zo ver gaan dat mensen zelfs een waas voor hun ogen krijgen en ze de ander het licht in de ogen niet meer gunnen. In extreme vormen leid dat tot mishandeling of zelfs moord. Ze reageren in dat geval niet vanuit kracht, maar vanuit macht.

In een goede relatie zorg je voor elkaar, zelfs in het wraak nemen.

een bijdrage van Jasper Jobse, Foto: Paul Wever Flickr

Storm in je geest

Dit werkelijk prachtige filmpje gaat over de wind. Beter gezegd over storm. Over een volkje dat altijd in de storm leeft.

Ergens doet het me denken aan sommige cliënten die in mijn praktijk komen. Aan de mensen die het geluk nog niet kunnen herkennen. Die denken dat ze nogmaals harder moeten werken/studeren/zwoegen voordat ze het geluk waard zijn. Mensen die zelf zoveel tegenwind maken, dat ze niet op hun bestemming zullen komen.

Kijk en geniet van dit prachtige filmpje!

Lees verder

Alleen een man in de klas kon mijn zoon kalmeren

Als peuter sloeg mijn zoon hinderlijke leeftijdsgenoten genadeloos tegen de vlakte. Hem een ‘sorry’ ontfutselen bleek onmogelijk. Een klap was voor hem een prima middel om je territorium af te bakenen. ‘Kijk eens wat je gedaan hebt, dat kindje huilt en heeft heel erg pijn’ begon een juf meestal hoopvol. Maar voor tranen of emotionele pressie was hij ongevoelig. ‘Moet ie maar ophouden als ik het zeg’, antwoordde hij hooguit. In het gunstigste geval zei juf dan: ‘De volgende keer moet je mij roepen, dan kunnen we er over praten.’ Maar hij keek wel uit. Hij dopte liever zijn eigen boontjes en praten was wel het laatste waar hij op zat te wachten.

Het was het begin van een schoolcarrière waarin mijn zoon negen jaar lang dagelijks de afkeuring van zijn onderwijzeressen over zich afriep. Hij was niet het dociele kind dat zij graag zagen maar een speels beweeglijk dier niet van zins zich te laten kooien in een klaslokaal of vrouwen te volgen die ‘verdrietig’ werden als hij een in hun ogen minder geslaagd grapje maakte. Pogingen hem te socialiseren langs de weg van het empathisch gesprek mislukten keer op keer. Dit alles bezorgde hem dagelijks strafregels en kruisjes op het bord en mij een wekelijkse gang naar de juf. Wat was er met hem aan de hand? Hij gedroeg zich a-sociaal, onaangepast. Ik begreep het niet. Mijn oudste zoon was met dezelfde opvoeding een model-leerling.
Lees verder

Laat je niet gek maken

Er zijn nogal wat dingen waar je je druk om kunt maken. En als je je in die dingen ook maar een beetje verdiept, kom je mensen tegen die zeggen dat er ook echt reden is om je druk te maken.

Zo ‘schijnen’ wij in een financiele crisis te zitten (ik zag zojuist weer een rij van 200 mensen staan voor een bakker die slechts 3 broden had en het aantal dode zwervers door de kou loopt op naar 100 per week), gaat het helemaal niet goed met het milieu (Zeeland stond alweer onder water vorige week en de zon schijnt al een jaar niet meer in Gelderland), definitief in je auto gaan wonen is razend populair omdat mensen dan geen hypotheek hoeven te betalen en dat bobbeltje op je arm is écht wel kanker hoor. Ik hoorde laatst dat er nu al tientallen ambtenaren per maand vermoord worden door woedende burgers en dat de overheid dat nog steeds in de doofpot stopt om die definitieve vertrouwensbreuk met het volk te voorkomen.

Lees verder

Over dapper

Toen ik eind november mijn baan opzegde zonder een nieuwe te hebben, en zonder een helder en gekaderd plan voor ogen te zien, vonden veel mensen me ‘dapper‘. Ikzelf vond het noodzakelijk. Ik was geen seconde bezig met de gevolgen die er aan vast geplakt zaten (drie weken later werd ik behoorlijk ziek, en had daarmee meteen het antwoord). Natuurlijk zat ik niet te springen om deze wending, maar het kon niet anders, en dus volgde ik de stroom.

Lees verder

Subtiel

Wat doet u als uw schoonmoeder zichzelf alweer uitnodigt voor het eten en u heeft er helemaal geen zin in? Gaat u dan met uw partner ruzie maken? “Je weet toch dat ik daar geen zin in heb”, “we hadden toch afgesproken dat je dat eerst zou overleggen?”, “Ga maar bij je moeder wonen als je haar liever om je heen hebt dan mij”, of zegt u gewoon tegen uw schoonmoeder, “sorry even geen zin in je bezoek, we bellen wel weer”. Zo zou ik het zeggen. Gelukkig voor haar heb ik geen schoonmoeder.

Ik floep er altijd uit wat ik denk. Soms valt het in een groep mensen opeens stil. Dan weet ik hoe laat het is… “oh, ik was zeker weer niet subtiel?” Begint of iedereen te lachen OF het blijft stil. Dan was het dus echt erg.

Vroeger was er een meisje dat mijn vriendinnetje wilde zijn, maar ik niet de hare. Ik liep in een pauze door de gang en zag daar een juf op mij af komen stormen. Ze leek op een briesend nijlpaard. Het meisje al sleurend achter haar aan. Ik moest mijn excuses aanbieden, een hand geven en zeggen dat ze best mijn vriendin mocht zijn. Dat meisje stond er in tranen bij. Ik wilde niet rot doen, “er zijn vast wel anderen die je vriendin willen zijn”. Het briesende nijlpaard ging nog harder briesen en het huilende aanhangsel stortte zich tegen haar aan. Tot op de dag van vandaag ben ik zoekende om mij subtieler uit te drukken.

Als een vriendin voor de zoveelste keer vertelt wat er allemaal in haar relatie niet goed gaat, geen enkele stap zet om daar zelf iets aan te veranderen en vraagt: “je vindt zeker dat ik zeur”. Dan probeer ik tegenwoordig te antwoorden: “waarom denk je dat?” Dat trucje heb ik van mijn psycholoog afgekeken. Zo creëer je tijdwinst om na te denken over je volgende subtiele reactie. “Nou omdat ik het steeds over mezelf heb en zo, vind je niet dan?” Ik haal diep adem: “en wat ga je daar aan doen?” Die heb ik zelf bedacht. “Dus je vindt dat ik zeur?” Wat kan ik hier nu nog bedenken aan tactische opmerkingen….. “Ja, je zeurt”.

Ik heb met vrienden afgesproken dat ze mij erop wijzen als ik TE niet subtiel ben. Helaas heb ik veel softe vrienden. Die vinden het juist geweldig dat ik zeg wat zij niet durven zeggen. Dus daar heb ik niets aan. Dat ga ik ze vertellen.

Maar hoe?

Een bijdrage van April Ranshuijsen, Foto: Gerard Stolk Flickr

Nu Nee zeggen, levert Later Ja op

‘Maar je gaat dus niks meer voor ze doen?’ vroeg een vriendin me laatst. ‘Nee’ zei ik dapper. Helemaal overtuigd was ik daarvan nog niet. Maar soms helpt het om dat stuk maar gewoon te negeren. Om door te gaan met dat waarvan je zeker weet dat het goed is, maar waar de rest van je lijf nog niet van onder de indruk is. Door angst voor het onbekende en wonderlijke maatschappelijke condities die je ooit aangeleerd hebt.

‘Echt niets meer?’ vroeg ze nog een keer. Het is natuurlijk niet voor niets een vriendin. Die laten zich namelijk niet zo makkelijk afschepen met een simpel ‘Nee’. ‘Nee’, zei ik nogmaals. ‘Maar als ik alleen nog maar brood met pindakaas kan eten, dan denk ik er heus nog wel 3x over na..’ ‘Oh…. zie je wel’, was haar laatste lachende reactie.

Lees verder

Het onzekere konijn

Er was eens een onzeker konijn. Dat komt vaker voor onder konijnen. Maar dit konijn had het er moeilijk mee. Misschien was zijn onzekerheid niet groter dan bij andere konijnen. Maar dit konijn vond het eenvoudigweg zwaar. Het leek hem fijn als zijn onzekerheid draaglijker zou zijn.

Op een dag stuitte konijn op het bedrijf Konijn®egistratie. Och, als hij daar toch eens lid van zou kunnen worden, dacht hij. Dan zou hij vast en zeker zekerder zijn over zijn konijnheid. Maar onzeker als hij was dacht hij dat ze hem vast niet zouden toelaten.

Het vooruitzicht van een afwezige onzekerheid trok

Thuis aangekomen ging hij naar bed en de volgende morgen stond hij weer op. Weken gingen voorbij. Tot de ochtend dat hij met een wortel in zijn mond voor de spiegel stond en de wortel bijna mooier vond dan zichzelf. “Ik moet het toch maar eens gaan proberen.” zei hij zachtjes. Het vooruitzicht van een afwezige onzekerheid trok. Konijn begon te glimmen en maakte bijna een sprongetje. Bijna.

Hij trok zijn beste staart aan en ging op weg. Bij Konijn®egistratie aangekomen stapte hij het hol in. (Konijnenbedrijven zitten altijd in een hol. De konijnen Kvk bijvoorbeeld zit ook in een hol, en deelt zijn kantine met de Konijnenpolitie).

Konijn werd allerhartelijkst ontvangen en voelde zich al bijna direct een échte soortgenoot. Hij liet zijn diploma’s en bekwaamheidsgeschriften zien, men nam een foto en hij ging weer naar huis. Na twee weken kreeg hij een prachtige brief met zegel. Hij was officieel lid! Konijn was dolgelukkig! Zijn onzekerheid verdween en hij leefde gelukkig.

De vragen

Op een dinsdag in augustus ontving hij een brief. Het konijnenregister was erg groot geworden en daarom was er een controle nodig. Konijn was blij met dit streven naar kwaliteit. Ook wat groot is dient goed in elkaar te steken, en liefst met dezelfde eenvoud als 6 eieren in een doosje zoals hij dat wel eens in de mensenwereld had gezien.

De brief bestond uit een aantal vragen:

  • Hoe weet u zéker dat u een konijn bent?
  • Konijnt u zoals een konijn behoort te konijnen? En zo ja, hoe weet u dat?
  • Heeft u kwaliteiten verworven op een wijze die wij niet begrijpen en daarom moeten afkeuren?
  • Zet u levenservaring in op een plek waar uitsluitend gevraagd wordt te handelen naar opleiding en niets dan opleiding?

En als laatste stond er deze zin: U heeft twee oren. Wij hebben vernomen dat deze regelmatig rechtop staan. Waarom vertoont u dit bijzondere gedrag? Kunt u hier een toelichting op geven? En zo nee waarom niet? En zo ja waarom wel?

Konijn ging er eens voor zitten en schreef een brief terug.

Het antwoord

Een paar dagen later ontving konijn het antwoord. Deze keer zonder zegel, maar hij herkende het Konijn®egistratie logo. De brief was als volgt:

Helaas kunnen we u niet garanderen dat u een echt konijn bent. De redenen hiervoor zijn de volgende.

1. Bij de meeste konijnen hangen beide oren. Wij hebben geconstateerd dat bij u beide oren overeind staan. Dit is niet des konijn.

2. U heeft kennis verworven op een wijze die wij niet begrijpen. Ook al leidt deze kennis tot gewenste resultaten, de wijze waarop deze kennis tot stand kwam is ongewenst.

Afwegende beide punten, is het u niet toegestaan om lid te zijn en/of blijven van ons register.

Omdat wij alleen met echte konijnen zaken doen, kunnen wij u derhalve niet zelf schrappen. U dient zichzelf daarom binnen zeven dagen uit ons register uit te schrijven. Neem daartoe deze brief mee. Deze brief is namelijk geschreven door een echt konijn dus aan de identiteit van deze brief, in tegenstelling tot de uwe, hoeven wij niet te twijfelen. Bezwaar maken tegen deze beslissing is niet mogelijk, omdat wij alleen bezwaren van echte konijnen in behandeling kunnen nemen.

Heeft u vragen, raadpleeg dan onze website. Indien uw vraag niet voorkomt bij de veelgestelde vragen, stuur dan een e-mail. Wij zullen uw e-mail printen op prachtig papier en aan de stapel onbeantwoorde vragen toevoegen.

Konijn legde de brief op zijn tafel, en vroeg zich af waar zijn onzekerheid ook al weer over ging…

Een bijdrage van Jasper Jobse, Foto: Wwarby Flickr

Dit artikel is in 2015 ook gepubliceerd in ‘Keerpunt’ vakblad van beroepsvereniging het NVPA

Sociale weekdieren

Onlangs zag ik de film The Social Network. Een boeiende film over de ontstaansgeschiedenis van Facebook en zijn contactgestoorde maar toch briljante oprichter en (ex)vrienden. Weer bracht deze film bij mij het idee naar boven dat Social Media (Twitter, Hyves, Linkedin, Facebook, fora en weblogs) iets wonderlijks teweeg brengen.

Wat maakt dat mensen veel van hun privé leven op internet plaatsen? Waarom uploaden mensen weinig verhullende berichten, filmpjes en foto’s? Waarom was een dagboek vroeger juist geheim, en worden nu dezelfde teksten op weblogs geplaatst en moet juíst iedereen het lezen?

Ik heb geen Hyves of Facebook pagina. Er zijn meerdere mensen die me dan aankijken alsof ik een Lada rijd. Zo gewoon is het het al…. om geen Lada meer te rijden.

Flower Power

Steeds als ik gênante dingen zie op internet, doet me dat herinneren aan wat ik gehoord en gelezen heb over de Flower Power tijd. (Ik heb de periode zelf niet meegemaakt). Het was een tijd waarin alles kon. En als het niet kon dan móest het kunnen. Ook al bleek het op de duur toch níet te kunnen.

Het was een tijd waarin alles kon. En als het niet kon dan móest het kunnen

Dit speelde op veel gebieden. Het seksuele gebied is ongetwijfeld het meest bekend. Ik herinner me een scène uit een film, die speelt in die tijd. Een groep vrienden (mannen en vrouwen) hebben een feestje. Na afloop gaan de autosleutels in een schaal. De vrouwen pakken er om de beurt een sleutel uit en gaan met die man die bij die auto hoort (auto’s waren in die film nog wel écht van mannen) voor die nacht naar huis. Moet allemaal kunnen. Ook al bleek het niet te kunnen.

Op internet is er iets soortgelijks gaande. Ik zie foto’s voorbij komen op Flickr ( 4.000.000.000.000 foto’s), die in een fotoboek op een plank in een woonkamer horen. Ik heb filmpjes op Youtube gezien waar ik hier niet eens naar durf te linken, zo gênant zijn ze. Ik lees reacties op fora die uit louter willekeurig aan elkaar geknutseld emotie gehussel bestaan. En Twitter staat vol met loze “ik ga slapen” mededelingen, wat dan vertelt word als ‘twexit’. Dat is groepie-taal voor ‘Twitter Exit’, wat weer zoveel betekent als; ik verlaat mijn computer (hij blijft natuurlijk standby…).

Dat wil niet zeggen dat Twitter, Facebook, Flickr of Youtube an sich niet leuk is. Het doorgeefluik in het restaurant is niet het eten. Internet is een waanzinnig mooi luik, dat landsgrenzen doet smelten als poedersuiker op natte aardbeien. Het is te groot om te controleren (net als de mensheid zelf) dus je bent er vrij. En het doet niets als je er niet achter gaat zitten, dus het zal je niet aanvallen. Maar dat gebrek aan grenzen is tevens zijn grootste grens. Het houdt nergens op. Daar moet je zélf voor zorgen.

Contact maken

Wij mensen zijn sociale weekdieren. Wij zijn kwetsbaar en we willen contact maken, gezien worden en aangeraakt worden. Met als ultieme vorm van contact: intimiteit, dat laten zien wat je aan anderen niet laat zien. Je grenzen daarmee zo opgeven dat je zou kunnen versmelten met een ander.

In intimiteit voorziet internet niet. Je kunt niet intiem zijn met 9.700.000 viewers bij je filmpje. Aan wie laat je dan iets niet zien? Het is direct exhibitionisme. Hoe kwetsbaar je jezelf ook opstelt, intimiteit wordt het niet.

Mensen geven veel aan internet, in de hoop dat er een reactie komt, een ‘vriend’ zich meldt, een lezer zich abonneert of er een tweet volgt. Maar zélf gezien worden ze niet. Alleen hun filmpje of tweet word bekeken. Het is eenrichtingsverkeer. Je voelt niet of iemand je begrepen heeft. Of iemand de context gesnapt heeft. Of iemands leven ook maar een beetje op dat van jou lijkt. Maar als lezer en kijker voel je vaak wel heel goed dat de auteur behoefte aan contact en intimiteit heeft.

Een bijdrage van Jasper Jobse, Foto: Flickr

De dood overwonnen

Ik hoor mensen wel eens zeggen dat ze de dood hebben overwonnen. Na een ziekte of operatie bijvoorbeeld. Zeggen dat je de dood hebt overwonnen, is een bijzondere opmerking. Die nooit waar is.

Het kan ons allemaal overkomen. Dat je opeens ziek word. Of plots onder een vrachtwagen komt. Hoe gezond je ook eet. Hoe goed je ook oplet. Wij mensen zijn kwetsbare wezens. En we komen en we gaan.

Lees verder

Het vieze koekje

Het is half drie in de ochtend en ik zit op een tafel in de woonkamer annex keuken van een trainingscentrum. Iedereen slaapt en ik zit met een jonge dame naast me te filosoferen over duizend en één dingen. Ik weet dat ik beter naar bed kan gaan, want om half acht gaat mijn wekker en kan ik me weer voorbereiden op een nieuwe, lange dag vol nieuwe informatie. Ik zit in een training over coaching.

Toch blijf ik hier op de tafel zitten, een beetje voor me uitstarend. Een kriebel in mijn onderbuik zorgt ervoor dat ik mijn slaapsignalen negeer en de emotionele aantrekkingskracht versterkt enkel de wil om nog langer op te blijven. In mijn hoofd merk ik dat ik afgeleid wordt door een stemmetje dat zich steeds meer op de voorgrond presenteert. Het wil aandacht, en ik weet dat negeren niet helpt.

Lees verder