Vrijheid en bemoeienis

Vrijheid is misschien wel het meest begeerde goed dat er is. Ik zou bijna zeggen;  je hebt er altijd te weinig van. Maar als ik dat zo zeg wat bedoel ik dan met vrijheid? Als ik er met cliënten, vrienden en familie over spreek dan verschillen onze ideeën vaak.

Ik begin met een verhaaltje:

Ergens in een grote oceaan liggen twee eilanden die exact gelijk aan elkaar zijn. Beide zijn rond en liggen 30 meter boven zeeniveau. Rondom hebben ze een steile kustwand die loodrecht de zee inloopt. Wanneer je waar dan ook op het eiland staat zie je de kust niet, overal gaat het groene gras direct over in zee of lucht. Naar boven of beneden klimmen kan niet, zo steil is de kust. Desondanks is het goed toeven op de zonnige eilanden.

Op beide eilanden staat een huisje in het midden. Een schattig eengezinswoninkje. In het ene huisje woont Liesje (6 jr) met haar ouders en op het andere eiland woont Loesje (6 jr) met haar ouders. Zowel de ouders van Loesje als Liesje willen niet dat hun dochtertje ooit van die steile kust zal vallen, daarvoor houden ze simpelweg te veel van hun dochter. Ze beseffen echter allebei dat het goed is als hun dochter naar buiten kan, het is tenslotte vaak mooi weer op het eiland en er valt veel te ontdekken als je 6 bent.

De ouders van Liesje lossen het probleem op door rondom het huis een hek te plaatsen waar Liesje niet overheen kan. Liesje mag vrij rondlopen binnen het hek en wanneer het avondeten klaar is dan roepen ze haar en komt ze naar binnen.
De ouders van Loesje doen het anders, ze vertellen haar dat ze niet te ver bij het huis vandaan mag omdat ze anders van de kust valt, en daarna mag ze naar buiten. Ook de ouders van Loesje roepen als ze gaan eten, en wachten tot ze komt.

Welke ouders zou jij het liefst hebben?

Vrijheid en veiligheid

Met vrijheid komt er altijd iets anders om de hoek kijken: bemoeienis. Veiligheid creëer je meestal samen, door je met anderen te bemoeien. En dat lijkt die veiligheid een beetje te bijten. De waarde van vrijheid neemt af als de onveiligheid toeneemt.

De Britse filosoof Isaiah Berlin (1909-1997), onderscheidde 2 soorten vrijheid:

1. Negatieve vrijheid (vrij zijn van …)
– De afwezigheid van bemoeienis.
– Het ontbreken van obstakels, dwang, overheersing en verboden.

Negatieve vrijheid wordt dus gedefinieerd door wat er afwezig is.

2. Positieve vrijheid (vrij zijn om …)
– Je eigen weg kunnen kiezen.
– Kiezen voor het wenselijke.
– Het hebben van gewetensvrijheid.

Positieve vrijheid wordt dus gedefinieerd door wat er mogelijk is.

Liesje en Loesje

Op het eiland heeft Liesje binnen het hek de grootste negatieve vrijheid. Maar dat hek staat er wel. Heeft Loesje dan de grootste negatieve vrijheid? Ook Loesje is niet vrij van bemoeienis. Haar ouders hebben haar een boodschap in de vorm van een innerlijk hek geprobeerd mee gegeven. Een boodschap die iemand van 6 jaar echter niet kan overzien, en die een volwassen persoon ook niet kan overzien wanneer hij de kust nog nooit heeft gezien. Er is dus een verbod op een onbekend iets.

Loesje moet dus naar de kust om te weten waar de kust en het gevaar over gaan. Omdat ze niet weet waar de grens ligt. Loesje heeft dus zoveel negatieve en positieve vrijheid dat dat de bescherming weg is. Ze is vogelvrij. Kiest ze voor ontdekken dan gaat ze naar de kust, kiest ze voor lijfsbehoud dan blijft ze krijten op de stoep van het huisje.

Van de redactie: “Jammer voor Lies en Loes, dat de schrijver van het verhaal de meisjes niet even hand in hand tussen papa en mama laat kijken bij de kust. Die vrijheid heeft hij helaas niet genomen”.

Een bijdrage van Jasper Jobse Foto: Abnel Gonzalez, via Flickr